Hoogtepunten Meknès en Fès
Ook al zijn wij niet per se echte stadsliefhebbers te noemen, toch is een bezoek aan een stad af en toe erg leuk. De eerste trip in Marokko hebben wij Meknès en Fès niet aangedaan. Ons tweede bezoek aan Marokko startte daarom met deze twee steden. Een kleine greep van leuke spots om te bezoeken. Maar ga vooral zelf op onderzoek uit!
Medina van Fès – De historische medina heet Fès el-Bali. Er zullen veel mannetjes proberen om jouw gids te worden want je kan je weg echt niet vinden in al die kleine straatjes. Onzin, twee keer hebben we de stad bezocht en twee keer zonder problemen door de medina gestruind. Of we alles hebben gevonden weten we niet, maar genoeg was het zeker. Bereid je voor op de leukste winkeltjes en hebbedingetjes, je komt waarschijnlijk niet met lege handen de medina uit. De toegangspoorten zoals Bab Guissa en de Blauwe Poort zijn rijkelijk versierd en tof om te aanschouwen.
Leerlooierijen – Fès staat bekend om de leerlooierijen midden in de medina. Hoe dichter je bij de rivier komt hoe vaker je wordt aangesproken of je het wilt zien. Vaak moet je een klein bedrag betalen om op een balkon van een winkel naar de leerlooierij te mogen kijken. Bereid je voor op de stank. Alles wordt met handen en voeten gedaan, of het gezond is dat vragen wij ons af. Indrukwekkend om te zien is het wel. Tip, laat je in zo een winkel niet dwingen om een mooie tas, leren jas of schoenen te kopen. Je bent niets verplicht, wel handig om vooraf even de prijs af te spreken om op het balkon te mogen kijken. Wij hebben €2,- voor twee personen betaald.
Medersa Bou Inania – De daken van deze grootste madrasa steken overal bovenuit. Op het moment dat je over de medina van Fès uitkijkt schitteren de groene dakpannen je tegemoet. Deze madrasa dienden als moskee, internaat en school. Tegenwoordig is dit één van de weinige islamitische religieuze gebouwen die toegankelijk is voor niet-moslims.
Merinidische graven – Op een heuvel tussen de olijfbomen en cactussen liggen 16de-eeuwse ruïnes van een Merinidisch paleis en een necropolis. Nou zijn de ruïnes en de graven niet heel spannend. Maar het uitzicht wat je hier krijgt over de mega-stad Fès is de wandeling omhoog dubbel en dwars waard.
Medina van Meknès – Persoonlijk vonden wij de medina van Meknès niet heel bijzonder. Het zijn wederom schattige kleine straatje met winkeltjes waar de bevolking druk is om hun waar te verkopen. Goed om doorheen te wandelen maar voor ons niet waar Meknès omdraait.
Koningsstad Meknès – Waar het wel omdraait is de Koningsstad. Een groot stadsdeel van Meknès. Binnen dit deel staan indrukwekkende gebouwen zoals het Mausoleum van Moulay Ismaïl, Royal Stables en de golfbaan voor de koning. Maar ook kun je ondergronds gaan om de Kara gevangenis te bezoeken of kom je even bij aan de rand van het Bassin Souani.
Place el-Hedima – Ooit was dit plein de hoofdingang van de Koningsstad van Meknès. Hedendaags is dit een bruisende plek die vooral ‘s avonds tot leven komt. Mensen verkopen hun producten, eetkraampjes bereiden lekkere gerechten en er zijn slangen en andere reptielen te zien. Dit plein is het lieve broertje van het Djemaa el Fna in Marrakesh.
Stadsmuren – Meknès kent dikke stadsmuren met een lengte van in totaal 45 kilometer. Overal doemen imposante poorten op waarmee je een nieuw deel van de stad ingaat.
Volubilis – Eerder al even aangestipt. Op ongeveer 30 kilometer noordelijk van Meknès is de antieke stad Volubilis te bezoeken. Dit is een oude Romeinse stad waar nu nog veel overblijfselen van te zien zijn. Zo zijn de triomfboog en de basilica nog erg goed intact en indrukwekkend om te zien.