Geschiedenis Albanië

Ontdek hoe Albanië is gevormd door haar geschiedenis

Albanië is een van de oudste continu bewoonde gebieden in Europa. Maar de meer recente geschiedenis van Albanië is misschien wel de meest interessante. De Communistische Dictatuur onder Enver Hoxha (1944-1991) heeft namelijk diepe sporen achtergelaten die nog duidelijk terug te zien zijn in het dagelijkse leven. Maar ook is Albanië bezet geweest door de Romeinen, Byzantijnen, Ottomanen, Italianen en later door nazi-Duitsland.
amfitheater Butrint Albanië
Het amfitheater van Butrint
amfitheater Butrint Albanië
Het amfitheater van Butrint

De Albanese geschiedenis gaat ver terug. Zo hebben archeologische opgravingen aangetoond dat het huidige Albanië al sporadisch werd bewoond vanaf 25.000 voor Christus (v.Chr.) de eerste nederzettingen komen al voor rond 7000 v.Chr. Dit is niet gek dankzij de gunstige geografische ligging aan de Middellandse Zee en de rijke natuur met rivieren, bergen en vruchtbare grond. Daarnaast waren er voldoende beschutte gebieden, zoals grotten en heuvels, die bescherming boden tegen vijanden en klimaatveranderingen.

Als toerist kom je vooral met de latere periode in aanraking, vanaf de Illyriërs (2000 v.Chr.) en de bezetting door het Romeinse Rijk (168 v.Chr.). De belangrijkste archeologische vondsten komen ook uit de Romeinse tijd. We vertellen je meer over de belangrijkste momenten in de Albanese geschiedenis, op chronologische volgorde, maar leggen de nadruk vooral op de meer recente periode.

Prehistorie en Oudheid (tot 168 v.Chr.)

In de Grotten van Xara en Blazi zijn overblijfselen gevonden van vroege mensen uit het Laatpaleolithicum (40.000 – 10.000 v.Chr.). Archeologische vondsten tonen aan dat Albanië al sinds het Paleolithicum (ca. 25.000 v.Chr.) bewoond is. De eerste echte nederzettingen ontstonden rond 7000 v.Chr. in de regio van Korçë. Rond 2000 v.Chr. trokken nomadische steppevolkeren het gebied binnen, wat leidde tot de opkomst van de proto-Illyrische cultuur.

De Illyriërs – voorouders van de Albanezen – domineerden de regio vanaf 7000 v.Chr., met belangrijke nederzettingen zoals Durrës, Byllis, Amantia, Apollonia en Antigoneia. Hun invloed bleef samen met Griekse en Macedonische invloeden bestaan totdat de Romeinen hen versloegen in de Illyrische Oorlogen. In 168 v.Chr. werd Illyrië ingelijfd bij het Romeinse Rijk, wat een periode van stabiliteit en romanisering inluidde.

Tip: Meer weten over deze periode? Bezoek dan de archeologische afdeling van het grote nationale museum in Tirana (vanaf 4000 v.Chr.), of ga naar het archeologische museum (ook in Tirana) als je nog verder terug in de tijd wilt; 100.000 v.Chr. tot de onafhankelijkheid in 1912.

Romeinse en Byzantijnse tijd (168 v.Chr. – 1204)

Albanië maakte deel uit van het Romeinse Rijk, en later het Byzantijnse Rijk. Steden als Durrës (Dyrrhachium) en Apollonia groeiden uit tot handelscentra. Tijdens de Pax Romana bloeide de regio economisch en cultureel. De Romeinen bouwden infrastructuur zoals de belangrijke handelsroute Via Egnatia.

Na de val van het West-Romeinse Rijk in de 5e eeuw werd Albanië onderdeel van het Byzantijnse Rijk. Gedurende deze periode vielen verschillende Germaanse en Slavische stammen de regio binnen. In het noorden ontstond de Arber-cultuur, de voorloper van de moderne Albanezen en de Albanese staat.

Middeleeuwen en Ottomaanse overheersing (1204 – 1912)

Na de Vierde Kruistocht in 1204 verloor Byzantium tijdelijk de controle over Albanië. In het noorden regeerden lokale feodale dynastieën zoals de Topia’s en Balsha’s, terwijl het zuiden werd beïnvloed door het Despotaat Epirus en later de Servische koning Stefan Dušan.

Vanaf 1417 veroverden de Ottomanen Albanië. Gedurende de Ottomaanse periode bekeerde een groot deel van de bevolking zich tot de islam, terwijl christelijke gemeenschappen in berggebieden bleven voortbestaan. Dit is tot op heden een bron van rivaliteit tussen steden en/of gebieden. Skanderbeg (Gjergj Kastrioti) leidde tussen 1443 en 1468 vanuit Krujëeen succesvolle opstand tegen de Ottomanen – en werd hierdoor een nationale held – maar na zijn dood viel Albanië definitief onder Turks gezag.

Fun fact: Hoewel de dubbelkoppige adelaar al als symbool bestond, maakte Skanderbeg het beroemd als hét symbool van de Albanese strijd voor vrijheid. Hij is een belangrijke reden dat dit symbool vandaag de dag nog steeds op de Albanese vlag staat afgebeeld.

Rond 1750 was Ali Pasha Tepelena een invloedrijke Ottomaanse heerser die Albanië bijna als een onafhankelijke staat bestuurde. De 19e eeuw zag een groeiend Albanees nationalisme, wat uiteindelijk leidde tot de onafhankelijkheidsverklaring in 1912.

Wil je nog meer over de (archeologische) geschiedenis van Albanië weten? Dan is dit een lange – maar leerzame – leestip; de Archeologie Magazine Albanië special.

Onafhankelijkheid en instabiliteit (1912 – 1944)

Op 28 november 1912 verklaarde Albanië zich onafhankelijk van het Ottomaanse Rijk. Dit gebeurde tijdens de Balkanoorlogen, terwijl buurlanden zoals Servië en Griekenland delen van Albanië probeerden te annexeren. Dit wordt nog steeds jaarlijks gevierd als Onafhankelijkheidsdag. In 1913 erkende de Conferentie van Londen Albanië als een onafhankelijk land, maar Kosovo en andere Albanese gebieden werden bij Servië en Montenegro gevoegd.
In 1914 werd prins Wilhelm van Wied door Europese grootmachten aangesteld als heerser. Dat duurde niet lang want hij verliet het land binnen enkele maanden door interne opstanden en de dreiging van de Eerste Wereldoorlog.

Tijdens de Eerste Wereldoorlog (1914-1918) werd Albanië bezet door Servië, Montenegro, Griekenland, Italië en Oostenrijk-Hongarije. Na de oorlog wilde Italië delen van Albanië behouden, maar dankzij het Lushnja Congres (1920) bleef Albanië een onafhankelijk land en werd Tirana uitgeroepen tot hoofdstad van Albanië. In 1928 riep Ahmed Zogu zichzelf uit tot Koning Zog I – er was dus even sprake van een koninkrijk Albanië – maar hij werd in 1939 afgezet toen Italië onder Mussolini het land bezette. Wel ontwikkelde Tirana zich onder Zogu als moderne hoofdstad. Onder zijn bewind werden overheidsgebouwen, wegen en het regeringscentrum aangelegd.

Zog moderniseerde Albanië maar was sterk afhankelijk van Italië, wat leidde tot toenemende invloed van Mussolini. Tijdens de Tweede Wereldoorlog (1939-1944) viel Italië Albanië binnen, verdreef Zog en annexeerde het land. Albanië was in deze periode dus kort onderdeel van de Italiaanse koning (koning Vittorio Emanuele III). Na de Italiaanse capitulatie in 1943 nam nazi-Duitsland de controle over. In 1944 kwam de communistische verzetsleider Enver Hoxha aan de macht, gesteund door de Sovjet-Unie.

Opmerkelijk: In het dagelijkse leven is de link met Italië er nog steeds. Van de koffie en pizza tot Italiaanse merkkleding en natuurlijk het Italiaanse voetbal.

Wij Reizen In Albanië

Albanië staat al lang op ons verlanglijstje, maar elke keer komt het er (nog) niet van.  Toen Anniek & Mattias één maand door Albanië ging reizen hebben we ze gevraagd hun ervaringen hier met ons te delen. Zodat wij en jij voorbereid naar Albanië kunnen vertrekken.

Lars, Dasja & Ninja reizen in Brutus (camper) over de wereld. We laten je graag meegenieten maar helpen je nog liever verder met jouw reisvoorbereiding. Volg onze sociale kanalen, het blog of schrijf je in voor de nieuwsbrief.

auto huren
Auto verhuur
All-in huurprijzen
24/7 Nederlandse support
Bekijk het aanbod
groepsreizen
Unieke groepsreizen
NL reisbegeleiding
Ook reizen met kinderen
Bekijk het aanbod
unieke reizen
Breed Albanië reisaanbod
Individuele pakketreizen
Toffe losse bouwstenen
Bekijk het aanbod

Communistisch regime onder Enver Hoxha (1944 – 1991)

Na de oorlog werd Albanië een totalitaire communistische staat onder Enver Hoxha. Zijn regime was een van de meest geïsoleerde en hardvochtigste in Europa.
Onder Hoxha werden honderdduizenden bunkers gebouwd uit angst voor buitenlandse invasies. Er werd strenge grensbewaking ingesteld om te voorkomen dat inwoners zouden vluchten. Maar ook Albanië inreizen was lastig; illegaal het land binnenkomen kon de doodstraf opleveren.
In het begin onderhield Albanië nog relaties met andere communistische regimes, maar Hoxha zou zich uiteindelijk van allemaal afkeren.

Er werden wel pogingen gedaan om het regime omver te werpen. Vooral tussen 1949 en 1953 ondernamen de, door Amerikanen en Britten getrainde, Albanese anticommunistische groeperingen meerdere pogingen. Maar geen enkele was succesvol.
Ondertussen had Hoxha een geheime staatsveiligheidsdienst opgericht, de Sigurimi, die zich voornamelijk richtte op het verzamelen van informatie over burgers. De Sigurimi werkte samen met collaborateurs, wat ervoor zorgde dat burgers zich tegen elkaar keerden. Er werd afgeluisterd, en roddels werden doorgespeeld voor eigen gewin, aangezien hier beloningen tegenover stonden. Het verraad van eigen burgers, stads- en dorpsgenoten, is nog steeds een open wond voor veel Albanezen.

“Sigurimi is het scherpe en dierbare wapen van onze Partij, omdat het de belangen van ons volk en onze socialistische staat beschermt tegen interne en externe vijanden.”
– Enver Hoxha

Als buitenlander communistisch Albanië bezoeken

Mocht je als buitenlander al Albanië in mogen, dan kreeg je van de Sigurimi direct de stempel “verdacht” en werd je gedurende je hele verblijf onder surveillance geplaatst. Dit gebeurde onder andere in de hotels waar buitenlandse bezoekers verbleven.
Naast deze strikte controle moesten bezoekers die Albanië binnenkwamen ook voldoen aan strikte esthetische regels, die hen verplichtten hun haar en bakkebaarden te knippen als deze als te lang werden beschouwd en in strijd waren met de “socialistische esthetiek”.
Vanaf 1975 werden op de belangrijkste grensposten speciale kapperszaken en kledingwinkels ingericht, zodat buitenlandse bezoekers hun uiterlijk konden aanpassen aan de voorgeschreven stijl om het land binnen te mogen.

“De grens, een controlepost tegen buitenlandse ideologie … De Volksrepubliek Albanië is gesloten voor vijanden, spionnen, hippietoeristen en andere zwervers…”
– Enver Hoxha

Gevangenissen en werkkampen

Tijdens de gehele communistische periode werden dissidenten onderdrukt en verdwenen duizenden Albanezen in gevangenissen en werkkampen. Het Tepelenë-interneringskamp, actief van 1949 tot 1954, herbergde naar schatting tussen de 3.000 en 5.000 gevangenen, waaronder veel gezinnen met jonge kinderen. Ongeveer 600 gevangenen stierven daar, waarvan de helft kinderen jonger dan vijf jaar. Gedurende deze communistische periode werden ruim 5.500 Albanezen geëxecuteerd vanwege hun politieke status.

In de werkkampen, maar ook tijdens ondervragingen, waren martelingen niet ongebruikelijk. Van het uitdrukken van sigaretten op de huid tot het aansluiten van gevangenen op accu’s. Het volk werd tegen elkaar opgezet en via propaganda onder controle gehouden.

Tip: Wil je meer weten over wat er tijdens deze periode allemaal heeft plaatsgevonden? Bezoek dan een, of beide, Bunk Art musea in Tirana. Het ging van dagelijkse afluisterpraktijken en het verklikken van de buren tot straf- of werkkampen met martelingen. In deze musea worden deze verhalen in een bunker getoond. Dit maakt echt indruk.

Om de isolatie van Albanië duidelijker in kaart te brengen een paar belangrijke jaartallen op een rij tijdens het communistische Albanië;

  • 1946: De communistische volksrepubliek Albanië uitgeroepen.
  • 1948: Breuk met Joegoslavië na spanningen met Tito.
  • 1961: Breuk met de Sovjet-Unie, toen Hoxha zich tegen Chroesjtsjov keerde.
  • 1967: Verbod op religie, waardoor Albanië het eerste officiële atheïstische land ter wereld werd.
  • 1978: Breuk met China, wat leidde tot volledige politieke en economische isolatie.

Na Hoxha’s dood in 1985 nam Ramiz Alia de macht over. Onder druk van protesten en economische crisis viel het regime uiteindelijk in 1991, en Albanië werd een democratie.

Democratische overgang en financiële crisis (1991 – 1997)

De val van het communisme bracht grote economische en sociale problemen met zich mee. In 1992 werd Sali Berisha de eerste democratisch verkozen president. Albanië opende zich voor de wereld en probeerde een markteconomie op te bouwen.

Echter, in 1997 raakte de Albanese economie in een ernstige crisis door de instorting van grootschalige ponzifraudes, waarbij tienduizenden Albanezen hun spaargeld verloren aan investeringsfondsen die onrealistische winsten beloofden. Toen deze fondsen massaal failliet gingen, stortte het financiële systeem in, wat leidde tot wijdverspreide onrust, plunderingen en gewapende opstanden. De situatie escaleerde zo ver dat de VN en NAVO moesten ingrijpen om stabiliteit te herstellen.

Stabilisatie en Europese integratie (1999 – heden)

Vanaf 1999 begon Albanië zich te stabiliseren. Het land steunde de NAVO tijdens de Kosovo-oorlog en ving duizenden Kosovaarse vluchtelingen op. Sindsdien heeft Albanië belangrijke stappen gezet naar modernisering:

  • 2009: Albanië wordt lid van de NAVO.
  • 2014: Albanië krijgt de status van EU-kandidaat.
  • 2020-heden: Snelle groei van toerisme, infrastructuur en economie.

Albanië is nu een stabiele democratie en werkt actief aan EU-lidmaatschap. Het land heeft nog steeds uitdagingen, zoals corruptiebestrijding en economische hervormingen (zo is het nog steeds één van de armste landen in Europa), maar het is op weg naar een steeds grotere rol in Europa.

De connectie met Amerika

Iets wat na een paar dagen in Albanië echt begint op te vallen is dat er een overduidelijk connectie met Amerika is. Pleinen, straten en standbeelden verwijzen naar presidenten of Amerika in het geheel. Op het eerste gezicht is dit gek en verwacht je geen connectie. Maar er is een diepe bewondering voor de Verenigde Staten van Amerika, geworteld in historische en politieke gebeurtenissen.

Een paar van deze momenten zijn; in 1919 redde de Amerikaanse president Woodrow Wilson Albanië van opsplitsing door Europese grootmachten, waardoor het land zijn onafhankelijkheid behield. Later, in 1999, speelde de VS onder Bill Clinton een cruciale rol bij de NAVO-interventie tegen Servië, die de etnische Albanezen in Kosovo beschermde. Na de val van het communisme in 1991 hielp de VS Albanië met economische steun en democratische hervormingen.

Presidenten zoals George H.W. Bush en George W. Bush werden als helden ontvangen, met de laatste als de eerst zittende Amerikaanse president die Albanië bezocht. Albanezen tonen een opvallend hoge steun voor de VS, ongeacht de politieke situatie. Deze langdurige samenwerking en wederzijdse steun hebben Albanië tot een van de meest pro-Amerikaanse landen in Europa gemaakt.

Laat de eerste reactie achter


Zelf reizen in Albanië?

Enthousiast over Albanië en al gestart met het inpakken van je backpack of koffer? Kijk dan ook deze pagina’s nog even door. Want we hebben nog veel meer handige informatie en reisorganisaties voor je verzameld. Zo helpen we jouw Albanië reis op weg. Start jouw reis!

Alles over Albanië
ebook camper do's en don'ts
Download gratis onze Camper Do's & Don'ts

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief en ontvang dit handige eBoek gratis. Na het succesvol inschrijven ontvang je een kortingscode in de welkomstmail waarmee je het eBoek Camper Do’s & Don’ts gratis kunt “kopen”.

Schrijf je in